Mijn antwoord:
Het is me gelukt om wat informatie bij elkaar te krijgen over de mormonen. Het is een leer waarvan ik jaren
geleden al heb gehoord maar omdat het mij niet aansprak heb ik me er nooit eerder mee beziggehouden.
Deze sekte is ook bekend onder de naam: “De kerk van Jezus Christus van de Heiligen der laatste dagen”.
Dat is een hele mond vol. Ze is opgericht door ene Joseph Smith en is ontstaan in de Verenigde Staten. Volgens de leer
van de mormonen kreeg deze Joseph Smith in het jaar 1823 op vijftienjarige leeftijd een engel op bezoek die hem de opdracht
gaf om het ware evangelie van Jezus bekend te maken in deze wereld. De naam van deze engel was Moroni. Volgens hun verhaal
was deze Moroni een zoon van Mormon en leefde als mens in de vierde eeuw na Christus. Toen hij aan Joseph Smith verscheen
was hij dus als engel teruggekomen naar de aarde. Dit is al het eerste wat verdacht is aan deze leer want een dode die
terugkeert, en dan ook nog als engel doet sterk denken aan het oproepen van doden. Dit heeft God aan het volk Israël
al verboden (Deuteronomium 18:10-13) en dit verbod geldt nog steeds. De engel Moroni geeft
vervolgens de opdracht om een paar gouden platen op te graven waarop o.a. het boek van Mormon is gegraveerd. Dit boek
bevat het evangelie van Jezus zoals Jezus dit aan de vroegere bewoners van Amerika had bekend gemaakt. Deze Mormon was
de vader van Moroni. Vanwege dit boek zijn de mormonen dus aan hun naam gekomen. Joseph Smith mag trouwens pas vier
jaar na de verschijning van de “engel” deze platen opgraven om vervolgens de inhoud te vertalen. Hij mag
ze aan niemand laten zien, alleen aan hen die bij name genoemd worden. Als hij hier ongehoorzaam aan is zal hij worden
vernietigd. Dit is ook een aanwijzing dat hier geen engel aan het woord kan zijn omdat God wel ernstig kan waarschuwen
(ook door middel van een engel) maar een dreigement als dit is erg ver gezocht. Dit is meer de taal van een demon die
zich voordoet als een engel des lichts.
De Mormonen zeggen zelf de bijbel te geloven maar in de praktijk hechten ze meer waarde aan het boek van Mormon. Dit
boek is voor hen een aanvulling op de bijbel. Een ander opvallend verschijnsel is het verheerlijken van de persoon Joseph
Smith die volgens de Mormonen naast Jezus de belangrijkste persoon is voor deze wereld. Ongetwijfeld was het de bedoeling
van Joseph Smith om zo vereerd te worden. Er zijn veel sekten die een leider kennen die zich als een god laat vereren.
Dit is iets heel anders dan wat Jezus zelf hierover heeft gezegd (Matth. 20:25-28).
Ook het anders uitleggen van bijbelgedeelten is een onderdeel van deze leer waardoor teksten uit de bijbel aangepast
worden om ze in de eigen leer te kunnen gebruiken.
Ik heb zo nog een aantal van hun beweringen en principes op een rij gezet. Tussen haakjes staan mijn opmerkingen.
Zo zijn er nog wel meer van dit soort vreemde beweringen op te noemen maar
uit het bovengenoemde wordt wel duidelijk dat de Mormonen er onbijbelse gedachten op na houden.
In een vorige e-mail heb ik geschreven: “Een valse leer is een leer die aan het evangelie van Jezus geen aandacht
schenkt of onze aandacht afleidt van wat Jezus bedoelde met Zijn evangelie”. Dit is dus wel degelijk van toepassing
op de leer van de Mormonen. Zij hebben de leringen geloofd van iemand die veel fantasie had. Op die manier kun je iedere
fantast wel achterna lopen.
Tot slot wil ik me aansluiten bij de woorden van Paulus uit Galaten 1:8: “Al zouden wij,
of een engel uit de hemel, u een evangelie verkondigen, afwijkend van hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt”.
Waarmee Paulus ernstig waarschuwt dat het een ernstige zaak is als mensen het evangelie van Jezus verdraaien en vervangen
door iets anders.
Het blijft gevaarlijk om de leer van een mens blindelings te volgen zoals de Mormonen doen met Joseph Smith. De enige
die op de eerste plaats moet staan in ons leven is Jezus Christus zoals Petrus dit verwoordde in Handelingen 4:12.
Mijn antwoord:
Het onderwerp “christelijke feestdagen” is een gevoelig onderwerp omdat mensen in het algemeen
niet zo makkelijk tradities loslaten als men er geen kwaad in ziet. Het is opvallend dat we nergens in de bijbel kunnen
lezen dat Jezus ons de opdracht gaf om jaarlijks deze feestdagen te vieren. Het vieren van deze zogenaamde christelijke
feestdagen is dus niet gebaseerd op wat de bijbel ons vertelt. De viering van deze dagen zijn een erfenis van de Rooms
Katholieke kerk en werden dus ook na de reformatie gevierd. Het is in de loop der eeuwen een gewoonte geweest van de
Roomse kerk om heidense feesten en gewoonten over te nemen om op die manier heidense volken voor het Rooms Katholieke
geloof te winnen. Omdat ze hun feesten mochten blijven vieren was daardoor de overstap niet zo groot. Op die manier
zijn er heidense gewoonten binnengeslopen die hun stempel hebben gedrukt op die zogenaamde “christelijke feestdagen”.
Waar de paashaas en de paaseieren vandaan komen weet ik niet en eigenlijk is het ook niet zo van belang. Het is in de
eerste plaats van belang dat we beseffen dat het vieren van deze feestdagen niet door Jezus is gevraagd. Wat het evangelie
van Jezus ons wel leert is daarentegen eeuwenlang verwaarloosd en dat was precies waar het de duivel om te doen was.
Het is belangrijk voor ons dat datgene wat Jezus wel leerde in ons dagelijkse leven is te zien. Daar is het Hem om te
doen en dat verlangt Hij van ons. Het jaarlijks gedenken van Pasen, Pinksteren enz. is op zich niet verkeerd maar als
ons dagelijks leven niet beantwoordt aan Gods verlangens heeft het allemaal geen enkel nut. Het probleem is echter dat
deze feesten dus besmet zijn geraakt met heidense (en dus occulte) gewoonten en daarom zou het beter zijn als kinderen
Gods afstand zouden nemen van dit soort heidense gewoonten. Ik geloof dat dingen als de paashaas, paaseieren en de kerstboom
voor God een bron van verdriet zijn omdat we daarmee aandacht schenken aan deze occulte zaken. Het volk Israël
werd in het Oude Testament vele malen gewaarschuwd voor dit soort heidense praktijken. Waarom zouden wij er ons dan
weer mee bezig moeten houden?
Het antwoord op de tweede vraag is dat vele generaties voor zoete koek hebben aangenomen wat hen werd overgeleverd en
men daarom niet de moeite heeft gedaan om er zelf onderzoek naar te doen. Als we zouden moeten kiezen tussen kerst wel
of niet vieren is mijn persoonlijke mening, nadat ik alle informatie heb bestudeerd die ik hierover heb gevonden, dat
we het kerst vieren maar beter kunnen laten en in plaats daarvan meer aandacht gaan schenken aan wat Jezus zijn discipelen
leerde zodat we die vruchten voortbrengen die aan de bekering beantwoorden. Er is uitgebreid onderzoek gedaan naar de
oorsprong van het kerstfeest. Dit is onder andere te zien op http://kerst.cjb.net. Op deze website staat veel interessante
informatie over het kerstfeest en over de waarschijnlijke geboortedatum van Jezus. Deze was waarschijnlijk rond begin
september. Dat viel in Israël in de zomertijd. Daarom waren de herders in het veld met hun kudden: zoiets deden
ze niet in de wintertijd want dan was het te koud.
Mijn antwoord:
Als ik je mening over de kerk en het geloof lees dan herken ik daar een paar dingen in die mij aanspreken.
Uit je woorden begrijp ik dat je je afzet tegen de tweeslachtige houding van het “Christendom”. Daar kan
ik me wel in vinden want dat is nou precies de reden waarom ik met mijn website ben begonnen.
Je vraagt waarom ik geloof. Wel, geloven is niet iets wat een ander voor mij kan doen, dat moet ik zelf doen. En geloven
in iets kan ik alleen als ik er zelf van overtuigd ben geraakt en die overtuiging komt alleen als ik me er zelf in heb
verdiept. Daarom heb ik me al jaren beziggehouden met wat ik in de bijbel lees en dat heb ik vergeleken met wat ik om
me heen en in andere “Christenen” tegenkwam. Daaruit heb ik voor mijzelf de conclusie getrokken dat het
grootste deel van alles wat zich Christelijk en kind van God noemt een grote rotzooi is en wat daarom ook niet overeen
komt met wat ik in de bijbel lees. Ik heb me dan ook niet laten leiden door wat ik in andere mensen, waaronder zogenaamde
“broeders en zusters”, tegenkwam maar uitsluitend door wat ik in de bijbel lees over Jezus Christus en Zijn
evangelie. En dat is een ander evangelie dan wat ik in al die kerkjes, gemeenten en groepjes tegenkom. Omdat men het
vertikt om precies dat evangelie te aanvaarden wat Jezus aan Zijn discipelen leerde denkt men het uiteindelijk dus steeds
weer beter te weten dan God zelf. Zodoende stikken we nu in al die kerken en groepen en wat er allemaal nog meer rondspookt.
Ik geloof dus datgene wat ik in de bijbel lees en niet wat mensen daar van gemaakt hebben.
Wat je volgende vraag betreft: ik ben er in de loop der jaren alleen maar van overtuigd geraakt dat de wetenschap vaker
heeft bewezen dat God wel bestaat dan dat Hij niet bestaat. Er zijn heel wat wetenschappers die uiteindelijk tot de
conclusie moesten komen dat bijvoorbeeld de evolutietheorie totaal onmogelijk is en onwetenschappelijk. Er zijn meer
bewijzen tegen dan vóór deze theorie gevonden. Het feit dat er een God moet zijn waar deze wereld zijn bestaan
aan te danken heeft is daarom niet zomaar van tafel te vegen. Ik ben dan ook niet zo bang dat dit bewijs tegen het bestaan
van God ooit gevonden zal worden. Als je een persoonlijke omgang met Hem hebt en je ziet in je dagelijkse leven de vaak
wonderbaarlijke oplossingen voor veel problemen dan weet je simpelweg dat je niet tegen een blinde muur hebt staan bidden
zoals de Joden in Jeruzalem doen maar dat je gebeden ook gehoord zijn. Dat er iemand aan de andere kant van de lijn
staat die van alles op de hoogte is. Ik hoop dat je met mijn antwoorden een stuk verder geholpen bent.
Mijn antwoord:
Je advies heb ik opgevolgd en ik heb de site die je hebt aangeprezen, bekeken. Wat mij vooral opviel was
dat daar de evolutietheorie wordt bestreden. Daarom kan ik je opmerking over de evolutietheorie niet zo plaatsen. Als
de evolutietheorie in de Koran staat dan hebben de makers van de site die je hebt genoemd waarschijnlijk toch een ander
boek gelezen. Dat komt op mij niet zo geloofwaardig over. Ik weet trouwens ook nog een site die interessant is m.b.t.
de Islam. Er wordt beschreven hoe de Islam is ontstaan. Het komt er in het kort op neer dat jullie profeet Mohammed
door het Vaticaan (van de paus) is opgeleid om een nieuwe religie te stichten met de bedoeling Jeruzalem te kunnen innemen
voor het Vaticaan.
Dit alles is onthuld door een voormalig Rooms-katholiek priester die zelf in het Vaticaan als Jezuïet is opgeleid
en geheime informatie kreeg over de praktijken van de Roomse kerk. Hij heeft zich destijds van deze kerk afgekeerd en
heeft wereldkundig gemaakt wat er achter de schermen van het Vaticaan gebeurt. Waaronder dus het stichten van de Islam
waarvoor ze Mohammed hebben opgeleid. Deze priester is door de Roomse beulen wekenlang gefolterd maar wist uiteindelijk
te ontsnappen en heeft de rest van zijn leven de misdaden van de Roomse kerk wereldkundig gemaakt.
In onze bijbel wordt in het boek Openbaring gesproken over de grote hoer Babylon, waarmee de valse kerk wordt bedoeld
die in de achter ons liggende eeuwen veel onschuldig bloed heeft vergoten. De Roomse kerk is een onderdeel van dit Babylon.
Een deel van hun strategie was het stichten van een nieuwe religie (de Islam). Daarom is de Islam voor mij persoonlijk
ook geen alternatief maar spreekt de persoon Jezus Christus mij meer aan. Iemand die vrijwillig de lijdensweg wilde
gaan die Hij ging is in mijn ogen (en in die van vele anderen) toch geloofwaardiger.
Een tip: vergelijk het evangelie wat Hij bracht maar eens met wat de Islam leert. En tot slot nog dit: er zijn in de
afgelopen jaren al vele Islamieten tot bekering gekomen doordat Jezus hen persoonlijk(!) dus in levende lijve, bezocht,
soms zelfs in de gevangenis. Maar dit zijn dingen die door de media buiten het nieuws gehouden worden want dat mag de
massa niet weten.
De link naar de site die ik bedoel is: www.bijbelarchief.nl.
Uit de informatie die je me hebt gestuurd begrijp ik dat je er eigenlijk mee wilt zeggen dat wij de Koran serieus
moeten nemen. Los van het feit of de genoemde citaten uit de Koran nou wel of niet wetenschappelijk bewezen zijn, moeten
we hierbij allereerst beseffen dat het een religieus boek betreft. En religie is niet hetzelfde als wetenschap. Daarom
zal een zoekende buitenstaander het meest geïnteresseerd zijn in wat de Koran op religieus gebied te vertellen
heeft. Het feit alleen dat er wetenschappelijke feiten in de Koran zouden staan die ondertussen door de wetenschap bewezen
zijn wil nog niet zeggen dat de Islam als religie de waarheid in pacht heeft. Ik heb de site die je noemde ook bekeken.
Mijn mening over deze religie blijft echter bij wat ik in mijn vorige e-mail heb geschreven ook wat betreft het ontstaan
van de Islam.
Wat deze religie ook beweert, in de praktijk zijn moslims maar al te vaak uiterst onverdraagzaam tegenover andersdenkenden
en dan speciaal tegenover hen die zich van de Islam tot het Christendom hebben bekeerd: om die reden zijn er al heel
wat moorden en martelingen gepleegd. Daar heb ik in de loop der jaren al heel wat getuigenverslagen van gelezen. Daaruit
blijkt dat de Islam als religie in de praktijk dezelfde haat en onverdraagzaamheid koestert tegenover andersdenkenden
als die zogenaamde “christenen” die sinds het ontstaan van het Christendom andersdenkenden hebben vervolgd
en dan ook nog eens “in naam van God”.
Zoals ik dit op mijn site al heb duidelijk gemaakt zie ik dit alles als maskers die er oppervlakkig beschouwd wel aantrekkelijk
uitzien maar waarachter zich een monster verschuilt, net zoals dat bij de Rooms-katholieke leer het geval is. En dat
deze leer de oorsprong is van de Islam heb ik al laten weten.
Ik hoop dat je dit nog eens in overweging wilt nemen en nogmaals: het Christendom in zijn totaliteit is tot op heden
niet datgene wat Jezus Christus er van wilde maken. Het grootste deel reken ik nog bij de valse kerk zoals die in het
boek Openbaring wordt beschreven maar ik geloof ook dat uit de puinhopen ervan de oprechten onder de christenen tevoorschijn
zullen komen en dan zal de wereld zien dat wat de grote tegenstander (de duivel) heeft tegen willen houden niet tegen
te houden was omdat het Gods werk is.
Mijn antwoord:
Wat betreft je vraag over de tijd van het einde: als ik alle
gebeurtenissen van de afgelopen jaren bezie en de ontwikkelingen op het geestelijk erf dan geloof ik persoonlijk dat we
inderdaad in de tijd van het einde leven. Maar de trouwe en verstandige slaaf is voor zover ik het uit de context van
het genoemde bijbelgedeelte in Matth. 24 kan halen niet één bepaalde persoon maar ieder mens die aan de
voorwaarden voldoet die Jezus in Zijn rede over de laatste dingen heeft gesteld. Ik ben in de loop der jaren al heel
wat “mannen Gods” tegengekomen die zichzelf al op een troon hadden gezet en graag door wilden gaan voor een
groot profeet. Ik hou me toch maar liever aan de uitspraak van Jezus: “Maar wie onder u de eerste wil zijn, zal
uw slaaf zijn”. Het is de nederigheid die een man Gods siert. Daarom spreekt Jezus ook over een
“slaaf”.
Mijn antwoord:
Uit je commentaar begrijp ik dat je met mijn uitleg over de juiste toedracht van de zogenaamde drie-eenheid niet
uit de voeten kunt. Daar kan ik inkomen. Maar je opmerking over die menselijke denkkaders kan ik niet onderschrijven. Ik heb
mijn conclusies gebaseerd op wat de bijbel over dit onderwerp zegt en dat is dan ook het enige wat mij interesseert. Daarom
heb ik niet geprobeerd om er een eigen uitleg aan toe te voegen. En om een karikatuur van God te maken is al helemaal niet
mijn bedoeling. Maar als je je mening desondanks vanuit de bijbel kunt bewijzen dan wil ik dat graag horen.
Mijn antwoord:
Wat je mening over het “zondaar zijn tot de dood” aangaat: daar zou ik een hele discussie over
kunnen beginnen maar daar ontbreekt mij de tijd voor. Eerlijk gezegd vind ik je opmerking over het artikel: “Het
mysterie van de zonen Gods” wel een beetje uit zijn verband gehaald, gezien de hele uiteenzetting die er te vinden
is. Mijn verhaal is wat dat aangaat dan ook helder genoeg. Het lijkt me verstandig dat we ons blijven realiseren dat
de stelling dat we zondaar blijven tot de dood niet in het evangelie van Jezus is terug te vinden. Daar zijn geen bewijzen
voor te vinden in de bijbel. Jezus deed tegenover Zijn discipelen de uitspraak: “Gij dan zult volmaakt zijn gelijk
uw Hemelse Vader volmaakt is” (Matth. 5:48). Let wel: Hij zei dit tegen Zijn discipelen
en niet tegen de opdringerige massa. En discipelen zijn ook nu nog de kruisdragers. Daarover heb ik in het genoemde
stuk: “Het mysterie van de zonen Gods” al het een en ander geschreven en daarom zal ik dat hier niet herhalen.
Tenslotte is niet een ieder die vandaag de dag tot Hem zegt: “Here, Here” (Matth. 7:21)
een discipel van Hem. Als je het hebt over “ware christenen” die menen zondaar te moeten blijven tot de
dood dan zijn ze in werkelijkheid ongehoorzaam aan Jezus' evangelie. Behouden zijn ze wel maar een discipel, nee! Die
discipelen zijn toch een speciaal soort mensen die gewoonweg willen beseffen wat Jezus bedoelde met de woorden: “Wie
niet zijn kruis draagt en achter Mij komt, kan Mijn discipel niet zijn”. Zijn wij bereid om dat kruis in ons leven
te dragen? Dan is daar ook de mogelijkheid dat onze oude mens aan dat kruis zal sterven. En dat is niet leuk, dat is
een marteldood. Tot slot wil ik Paulus hierin het laatste woord geven als hij schrijft in Rom. 8:28
en 29: “Wij weten nu, dat God alle dingen doet medewerken ten goede voor hen, die God liefhebben, die volgens
zijn voornemen geroepenen zijn. Want die Hij tevoren gekend heeft, heeft Hij ook tevoren bestemd tot gelijkvormigheid
aan het beeld zijns Zoons, opdat Hij de eerstgeborene zou zijn onder vele broederen”. En die vele broederen zijn
Zijn echte discipelen. Dat zijn de ware christenen waar Jezus op wacht.
Mijn antwoord:
Het doet me goed dat je met de inhoud van mijn site kunt instemmen. Alles bij elkaar heb ik er heel wat uren
in gestoken om de onderwerpen op de site zo grondig mogelijk te onderzoeken en uit te spitten. Een paar onderwerpen
heb ik op verzoek van anderen geschreven maar bijvoorbeeld het onderwerp drie-eenheid heb ik op de site gezet om mijn
al jarenlange vermoedens eens onder woorden te brengen. Zodat anderen er ook kennis van kunnen nemen. Want daar is tenslotte
het Internet voor bedoeld. Het dogma van de drie-eenheid heeft mij trouwens nooit zo aan kunnen spreken maar het hield
me niet zo intensief bezig dat ik er een studie van wilde maken. Tot daar kennelijk de tijd rijp voor was. En vandaar
dit resultaat.
Tijdens de bestudering van wat er op religieus gebied allemaal te koop is valt het me bovendien steeds weer op dat bij
vele leringen en dogma's, zoals dus ook die van de drie-eenheid, het er keer op keer op neer komt dat de positie en
de persoon van Jezus Christus wordt weggeredeneerd of wordt verloochend. Terwijl Hij zei: “Mij is gegeven alle
macht in de hemel en op de aarde”. Je schrijft over mensen van verschillende religies die je met de waarheid probeert
te confronteren. Ik wil je daar veel wijsheid voor toewensen want uit ervaring weet ik hoe gauw men geneigd is om zijn/haar
eigen “waarheid” overeind te houden. Het belangrijkste wat we hierin steeds weer voor ogen moeten houden
is dat wat we ook doen voor Jezus Christus en Zijn evangelie, we altijd in de eerste plaats Zijn eer zoeken en niet
de onze. Als wij voor onszelf weten dat dát onze motivatie is maken de verwijten van anderen niet zoveel indruk
meer omdat het in de eerste plaats ons eigen geweten is wat ons overtuigt van onze oprechtheid. En om het met de woorden
van Jezus af te ronden: “Wie is dan de trouwe en verstandige slaaf, die de heer over zijn dienstvolk gesteld heeft
om hun op tijd hun voedsel te geven? Zalig die slaaf, die zijn heer bij zijn komst zo bezig zal vinden” (Matthéüs
24:45,46).
Mijn antwoord:
Naar aanleiding van je vragen ben ik weer eens aan het spitten
gegaan en heb een aantal teksten opgezocht die op de één of andere wijze over dit onderwerp handelen. Mijn
bedoeling destijds met het artikel: “Het mysterie van de zonen Gods” was een beknopte uitleg te geven van
het begrip “zonen Gods” in plaats van een uitgebreide bijbelstudie. Dat het niet bedoeld was als complete
bijbelstudie heb ik dan ook onderaan dat artikel aangegeven. Het was voornamelijk de bedoeling de lezer aan het denken
te zetten. Maar uit je vragen heb ik op kunnen maken dat de tijd me ondertussen heeft ingehaald. En daarom zal ik er
bij deze meer informatie tegenaan gooien om aldoende het een en ander systematisch in beeld te kunnen brengen (zoals je
misschien ondertussen al een beetje van mij gewend bent).
Ik heb je vragen opgesplitst in vijf vragen en heb ze hier eerst maar eens op een rij gezet.
Uit je eerste vraag kan ik niet goed opmaken of je de uiterlijke of de innerlijke kenmerken bedoelt. Als ik in de
geest van Jezus' evangelie je vraag beantwoord, en dat is uiteraard de bedoeling, dan zijn de uiterlijke kenmerken slechts
bijzaak. Ik ga er dus vanuit dat je de innerlijke eigenschappen bedoelt. En daar heb ik wel duidelijke ideeën over.
Ik denk dan in de eerste plaats aan wat Paulus schrijft in Galaten 5:22-24: “Maar de
vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid,
zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet. Want wie Christus Jezus toebehoren, hebben het vlees met zijn
hartstochten en begeerten gekruisigd”. En Johannes de Doper zei het zo in Lucas 3:8:
“Brengt dan vruchten voort, die aan de bekering beantwoorden”. Als deze vruchten in een mens hebben kunnen
groeien is daar een groeiproces aan voorafgegaan. En daar gaat tijd overheen. Zo iemand is dus geen ééndagsvlieg
maar heeft een voortdurende relatie met Jezus door Zijn inwonende Heilige Geest. En dan worden de karaktereigenschappen
van Jezus steeds meer zichtbaar in de mens die zijn leven onderwerpt aan het gezag van Zijn Heilige Geest. Dat is geen
kwestie van onderwerping van Zijn kant maar van overgave van onze kant.
Het antwoord op je tweede vraag kan vrij kort zijn. In Handelingen 2:38 lezen we: “En
Petrus antwoordde hun: Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van
uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen”. Dat is de basis van de bekering. Als iemand daaraan
heeft voldaan volgt het bovengenoemde groeiproces en dat is het moeilijkste deel, want dan “begint het gedonder
pas goed”. Dan krijgt men te maken met de tegenstander die alle denkbare wapens in stelling brengt om zo iemand
weer ten val te kunnen brengen zodat hij/zij de ingeslagen weg niet verder zal afleggen. Wat hij/zij dan stug moet blijven
volhouden is gehoorzaam blijven aan wat de bijbel ons leert over het evangelie dat Jezus bracht, maar dan wel geleid
door de Heilige Geest.
Het antwoord op je derde vraag sluit aan op de vorige aangevuld met wat Paulus schrijft in Filippenzen 2:5: “Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was”. En dit
houdt hoofdzakelijk in wat we in Openbaring 12:11 lezen over de zonen Gods: “En zij hebben
hem (de duivel, de aanklager) overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben
hun leven niet liefgehad, tot in de dood”. Met dat leven wordt in de eerste plaats hun oude leven bedoeld (van
voor de bekering) met al zijn begeerten en verleidingen. Maar mocht de situatie zich voordoen dat ook hun natuurlijke
leven bedreigd wordt als gevolg van de vervolging om Christus' wil dan zijn ze ook bereid om zonodig alles in dit korte
leven voorgoed achter zich te laten.
Het antwoord op je vierde vraag luidt dat als ik in iemand de bovengenoemde eigenschappen herken, ik na verloop van
tijd overtuigd zal raken van zijn/haar oprechtheid. Ik zeg met nadruk: na verloop van tijd, want uit ervaring weet ik
dat je maar al te vaak in het leven te maken krijgt met mensen die ogenschijnlijk op het goede spoor zitten maar uiteindelijk
toch een duidelijk andere weg gaan en zich vervolgens vijandig gedragen. Dit is des te pijnlijker als het mensen betreft
die je al jaren kent. Dat maakt je erg voorzichtig en terughoudend in het beoordelen van mensen. Met andere woorden:
laten ze het eerst maar eens bewijzen.
Ik moet hierbij denken aan de gelijkenis van het goede zaad en het onkruid in Matthéüs 13:24-30.
Met het goede zaad wordt de tarwe bedoeld en met het onkruid de Dolik. Dat is in Israël een onkruidsoort met giftige
aren die tijdens het opgroeien niet van het goede graan zijn te onderscheiden maar pas bij het vruchtzetten verschillen
laten zien met het goede (eetbare) graan. Daarom mochten de slaven in de gelijkenis het onkruid niet weghalen voordat
het volgroeid was omdat de kans bestond dat ze onopzettelijk ook het goede graan zouden verwijderen. Het goede graan
in deze gelijkenis zijn de zonen Gods en de Dolik zijn de zonen des verderfs. Deze beide groepen trekken samen op totdat
het verschil tussen hen zichtbaar wordt.
Ja, en dan de profielschets. Ik denk dat ik met het bovenstaande al een aardig beeld heb gegeven maar toch kan ik
een paar kenmerken noemen.
Allereerst dus de vruchten van de Geest die in iemands leven overtuigend aanwezig moeten zijn. Aangezien deze eigenschappen
nog vrij omschrijvend zijn wil ik dit nog aanvullen met bijvoorbeeld het klimaat van iemands doen en laten wat hij/zij
verspreidt. Ik heb mensen gekend die, zodra ze ergens binnen komen, het hele huis vullen tot in alle hoeken en gaten.
En daar bedoel ik mee dat ze zo extreem dominant aanwezig zijn dat het een verademing is al ze weer zijn “opgehoepeld”.
Dit is een negatief voorbeeld maar het laat de mogelijkheid van het tegenovergestelde wel zien. Als iemands aanwezigheid
voor anderen een zegen is dan herken ik daarin een eigenschap die ook bij de zonen Gods is te vinden. Kortom: het verspreiden
van het klimaat van het Koninkrijk Gods is een overheersende eigenschap die zijn uitwerking niet zal kunnen missen.
Daarbij denk ik aan de woorden uit Jesaja 58:8: “Dan zal uw licht doorbreken als de dageraad
en uw wond zich spoedig sluiten uw heil zal voor u uit gaan, de heerlijkheid des Heren zal uw achterhoede zijn”.
En dan is er nog iets: de discipelen die Jezus had uitgekozen waren gewone jongens die geen aanzien in deze wereld hadden.
Zo geloof ik ook dat de huidige discipelen geen mensen zijn in hoge (maatschappelijke) posities. Omdat de duivel nu
nog de overste van deze wereld is kan hij dit soort mensen niet gebruiken op deze posities en zal hij alles in het werk
stellen om ze daar te weren. Bovendien gaat de interesse van deze discipelen ook niet uit naar deze zaken. Zij zoeken
de dingen die boven zijn waar Christus is en kijken verder dan dit korte leven met al zijn vergankelijke roem en rijkdom.
Bij dit alles denk ik aan de woorden van Paulus in 1 Corinthe 1:26-28: “Ziet slechts,
broeders, wat gij waart, toen gij geroepen werd: niet vele wijzen naar het vlees, niet vele invloedrijken, niet vele
aanzienlijken. Integendeel, wat voor de wereld dwaas is, heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen, en wat voor
de wereld zwak is, heeft God uitverkoren om wat sterk is te beschamen; en wat voor de wereld onaanzienlijk en veracht
is, heeft God uitverkoren, dat, wat niets is, om aan hetgeen wel iets is, zijn kracht te ontnemen”.
Tot slot heb ik nog een aantal bijbelteksten op een rij gezet die betrekking hebben op de zonen Gods.
Wel, ik hoop dat ik met deze uiteenzetting enig licht op de zaak heb mogen werpen. Ik denk dat ik het bovenstaande, nu ik er toch de nodige tijd in heb gestoken, t.z.t. in mijn site zal verwerken zodat het alles bij elkaar voor de lezer een completer beeld zal schetsen van deze zonen Gods. Want dat het sinds vele eeuwen een onderbelicht onderwerp is geweest staat voor mij persoonlijk al jaren vast.
Mijn antwoord:
Het met vuur gezouten worden is een beeld dat Jezus ontleende aan wat we in Leviticus
2:13 kunnen lezen. Daar staat namelijk: “En elke offergave van uw spijsoffer zult gij zouten, gij zult
het zout van het verbond uws Gods aan uw spijsoffer niet laten ontbreken; bij al uw offergaven zult gij zout voegen”.
Het volk Israël gebruikte daarvoor uiteraard echt zout maar het zout waar Jezus over spreekt in Marcus
9 is het vuur van beproeving en vervolging dat de echte discipel van Jezus ondergaat tijdens dit leven. Dat is
namelijk het nieuwtestamentische offer van gehoorzaamheid zoals ook Jezus zelf dat bracht, tot en met Zijn lijden en
sterven op Golgotha. Daarover is het evangelie van Jezus duidelijk genoeg, bijvoorbeeld in Johannes
15:20: “Gedenkt het woord, dat Ik tot u gesproken heb: Een slaaf staat niet boven zijn heer. Indien zij
Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen; indien zij mijn woord bewaard hebben, zij zullen ook het uwe bewaren”.
En in Lucas 12:49-51 zegt Jezus: “Vuur ben Ik komen werpen op de aarde en wat is mijn
wil, als het reeds ontstoken is? Ik moet gedoopt worden met een doop, en hoe beklemt het Mij, totdat het volbracht is.
Meent gij, dat Ik gekomen ben om vrede op aarde te brengen? Neen, zeg Ik u, veeleer verdeeldheid”. Jezus zegt
hiermee dat ook Hijzelf deze vuurdoop moest ondergaan, inclusief Gethsémane en Golgotha. Bovendien duidt het woord
verdeeldheid aan dat de scheiding tussen de goeden en de kwaden hier op aarde al plaats vindt. Een scheiding die niet
meer zal worden opgeheven.
Ook de apostel Petrus schrijft over dit louteringsproces in 1 Petrus 4:12-18: “Geliefden,
laat de vuurgloed, die tot beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwame. Integendeel, verblijdt
u naarmate gij deel hebt aan het lijden van Christus, opdat gij u ook met vreugde zult mogen verblijden bij de openbaring
zijner heerlijkheid. Indien gij door de naam van Christus smaad lijdt, zijt gij zalig, daar de Geest der heerlijkheid
en de Geest Gods op u rust. Laat dus niemand uwer moeten lijden als moordenaar, of dief, of boosdoener, of als een bemoeial.
Indien hij echter als Christen lijdt, dan schame hij zich niet, maar verheerlijke God onder die naam. Want het is nu
de tijd, dat het oordeel begint bij het huis Gods; als het bij ons begint, wat zal het einde zijn van hen, die ongehoorzaam
blijven aan het evangelie Gods? En indien de rechtvaardige ternauwernood behouden wordt, waar zal dan de goddeloze en
zondaar verschijnen?” Ook Petrus brengt hiermee dus al meteen een scheiding aan tussen hen die ternauwernood behouden
worden en hen die daarbuiten vallen. En dus niet behouden worden.
Het vuur waarvan in Marcus 9 dus sprake is heeft niets te maken met een louteringsproces zoals
dat ook in de Roomse leer wordt verkondigd onder het begrip: vagevuur. Er wordt in Marcus 9
dan ook niet voor niets gesproken over een onuitblusbaar vuur en dat laat al zien dat dit onuitblusbare vuur op een
situatie duidt waarin beslist geen verandering meer zal komen. Het is definitief.
Bovendien wordt door de alverzoeners met deze dwaling compleet voorbij gegaan aan het simpele feit dat de behoudenis
alleen bewerkt kan worden via Jezus Christus. Daar is geen vervanging voor, dus ook geen “louteringsproces”
achteraf. De bijbel laat duidelijk blijken dat de mens beoordeeld zal worden op wat hij/zij in dit leven, in dit lichaam,
heeft gedaan (of nagelaten). Zoals we kunnen lezen in 2 Corinthiërs 5:10: “Want
wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat een ieder wegdrage wat hij in zijn lichaam
verricht heeft, naardat hij gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad”. Op die beoordeling volgt dan ook de eeuwige
beloning of de eeuwige straf. En daarmee de eeuwige en eindeloze scheiding tussen goed en kwaad.
Mijn antwoord:
Je hebt in je reactie op mijn site niet om een antwoord gevraagd maar ik vond het desondanks toch zinvol
om even iets te verduidelijken. Je vindt het, zo schrijf je, jammer dat ik negatief doe over kerken en gemeenten. Het
is echter niet zo dat ik negatief zou doen over het bestaan van kerken en gemeenten maar het is wel zo dat ik grote
(en terechte) bezwaren heb tegen het trieste feit dat er zovele verschillende kerken en gemeenten zijn die voor het
overgrote deel voor zichzelf de status opeisen van de brengers van de zuivere leer. En aangezien er vele leringen op
het geestelijk erf te vinden zijn is het zeer onwaarschijnlijk dat ze het allemaal bij het rechte eind hebben. Er is
tenslotte maar één waarheid. Dat is wat ik op mijn site wilde overbrengen.
Daarom is er onder andere op mijn site te lezen: “Daarom zijn er in ons arrogante Nederlandje zoveel kerken en
groepen omdat men het keer op keer weer beter denkt te weten dan God zelf”. Daarmee wilde ik dus niet zeggen dat
ik bezwaren heb tegen vele kerken en groepen maar wel tegen het feit dat ze voor het overgrote deel een evangelie aanhangen
dat niet overeen komt met wat de bijbel werkelijk over Jezus Christus leert.
Om mijn mening hierover te benadrukken schreef ik op een andere plaats (in hetzelfde artikel): “Ondanks dit alles
zijn er vele oprechte kinderen Gods in de Rooms katholieke kerk zoals ze ook te vinden zijn in vele andere kerken en
groepen. Voor hen geldt de oproep uit Openbaring 18:4 om uit dit Babylon te trekken nu het
nog kan. Zodat voor de oprechten het licht zal opgaan”. En dat laatste is precies waar ik een bescheiden bijdrage
aan wil leveren door middel van mijn site. Zodat dus voor de oprechten het licht zal mogen opgaan en zij tot het juiste
inzicht mogen komen zoals de bijbel ons dat leert.
Omdat ik vast heb mogen stellen dat dit laatste al bezig is zich te voltrekken schreef ik: “Desondanks kunnen
we vaststellen dat er ook een verlangen opkomt naar geestelijke vernieuwing in de traditionele kerken. Daaruit blijkt
dat we in een tijd leven dat de oproep uit Jesaja 57:14 meer dan ooit noodzaak is. Er staat:
Verhoogt, verhoogt, bereidt de weg. Verwijdert de struikelblokken van de weg van Mijn volk”. Er zijn nog heel
wat struikelblokken te ruimen en daar wil ik dus ook graag mijn bijdrage aan leveren. Onder andere om die reden ben
ik met mijn website begonnen.
Ik ben het dus helemaal met je eens dat het goed is om als gemeentelid samen met je broeders en zusters de naam van
God en Jezus Christus groot te maken. Zolang de gemeente er maar oprecht naar streeft om niet de eigen belangen maar
om de belangen van het Koninkrijk Gods voorop te stellen. Want alleen dan is het mogelijk om aan Gods verlangens voor
ons leven te voldoen. En dan zal die kerk of gemeente ook in staat zijn om op de juiste manier aan de wereld te verkondigen
wat Jezus Christus aan het kruis voor ons heeft gedaan.
Ik hoop dat ik je met deze toelichting wat meer duidelijkheid heb kunnen geven over hetgeen ik op mijn site heb geschreven.
Bij dezen nog bedankt voor je goede wensen.
Mijn antwoord:
Uit je opmerking dat je veel herkenbare zaken op mijn site hebt gevonden maak ik op dat je waarschijnlijk
een zelfde achtergrond hebt als ik. Het is natuurlijk niet eenvoudig om uit een paar regels tekst een compleet profiel
van iemand te halen maar ik begreep desondanks uit je woorden dat je nogal wat dingen tegenkwam die bekend terrein voor
je zijn. Dat bekende terrein is voor mij jarenlang het Volle Evangelie geweest. Zoals hier en daar uit mijn teksten
blijkt heb ik daar echter geen onverdeeld positieve herinneringen aan overgehouden. Dat was dan ook één van
de redenen waarom ik met mijn website ben begonnen. Er is, wat de geestelijke zaken betreft, sowieso veel verwarring
en onkunde, niet alleen in de “traditionele” kerken maar ook in de evangelische wereld en in het zogenaamde
“volle evangelie”. En die onkunde neemt alleen maar toe als de bijbel als inspiratiebron aan de kant wordt
geschoven. En dat gebeurt nogal eens.
Ik krijg nogal eens reacties van mensen die graag willen weten van wat voor geloofsrichting ik ben omdat ze me anders
kennelijk niet in een bepaald vakje kunnen onderbrengen. En als je in Nederland niet ergens aantoonbaar bij hoort is
men al gauw geneigd om je niet zo serieus te nemen. Ik heb mijn site überhaupt niet opgezet om voor een bepaalde
geloofsrichting uit te komen maar om me uitsluitend te concentreren op wat ik in de bijbel zelf vind. Veel geloofsrichtingen
en kerken zijn in het verleden juist ontstaan doordat ze een deel van die bijbelse boodschap niet wilden slikken.
Het is een natuurwet dat alle kleuren licht samen wit licht vormen. Haal je één van die kleuren weg dan is
wit licht niet wit meer. Zo is het ook met het evangelie van Jezus Christus. Van zichzelf geeft dat wit licht maar als
één deel ervan wordt weggelaten geeft dat evangelie geen wit licht meer maar gekleurd licht. Zo straalt vrijwel
iedere kerk en groep zijn eigen gekleurde licht uit omdat het evangelie dat ze uitdragen niet compleet is. Het is geen
wit licht meer. Kijken we rond op dat religieuze erf dat zien we heel wat verschillende kleuren licht schijnen maar
voor zover ik dat heb kunnen beoordelen na 35 jaar ervaring in het evangelie is er niet één bij die volkomen
wit licht uitstraalt. En omdat ik op bescheiden wijze en met de middelen die ik heb graag een aandeel zou mogen leveren
in het weer bekend worden van Jezus' evangelie, zoals dat oorspronkelijk was, ben ik met mijn website begonnen.
Mijn antwoord:
Het noemen van namen is nog niet hetzelfde als schelden. Uit de diverse reacties die ik op mijn site krijg
blijkt dat men zich vooral zeer kritisch uit als ik een onderwerp heb aangesneden waarin men zich te kort gedaan voelt.
Dan kan in de extreme gevallen de tekst van zo'n e-mail hoofdzakelijk bestaan uit de woorden: kanker en klerelijer en
meer van dit soort fraais. Uit ervaring weet ik dat dit soort reacties voornamelijk het gevolg zijn van de ergernissen
van de lezer. Waarmee ik niet wil zeggen dat mijn formuleringen persé volmaakt zijn maar ik streef er desondanks
naar om via mijn website in de allereerste plaats de aandacht te richten op Jezus Christus en Zijn evangelie. Waarbij
het enige wat mij interesseert datgene is wat de bijbel zelf over de betreffende onderwerpen heeft te zeggen. Bij het
lezen van mijn site zal het je toch niet ontgaan zijn dat ik voortdurend de bijbel zelf laat spreken. Dat is en blijft
mijn basis. Je opmerking om het Woord mijn leidraad te laten zijn komt dan ook wat achterhaald over.
Het is bij het behandelen van de diverse onderwerpen niet altijd te voorkomen dat bepaalde mensen zich storen aan bepaalde
uitspraken. Ook Jezus zelf ontkwam daar niet aan zoals blijkt uit Matthéüs 23 waar
Hij geen spaan heel laat van de schriftgeleerden en Farizeeën. Was dat ordinair schelden? Ik geloof het niet. Als
er misstanden en misleidingen worden vastgesteld zijn wij, net als Jezus zelf, geroepen om de maskers af te rukken.
Paulus laat daar in Efeze 5:11 ook geen twijfel over bestaan als hij schrijft: “En neemt
geen deel aan de onvruchtbare werken der duisternis, maar ontmaskert ze veeleer, want het is zelfs schandelijk om te
noemen, wat heimelijk door hen wordt verricht”. Het noemen van namen is daarom geen schelden, ook niet het aan
de orde brengen van de (heimelijke) praktijken van zekere lieden. Omdat we het niet doen om mensen te schaden maar om
de vele tactieken van de geest van de antichrist aan het licht te brengen. Als er lezers zijn die zich daaraan storen
dan zijn zij in ieder geval niet het publiek dat ik wil bereiken met mijn site. Het is dus: “take it or leave
it”. Het Internet is groot genoeg dus surfen ze in zo'n geval maar gauw weer verder. Liever zo dan dat ik dagelijks
wordt overspoeld met mailtjes van geïrriteerde lezers die zonodig hun grieven moeten uiten. Zonde van mijn tijd.
Een groot publiek beoog ik sowieso niet te bereiken met mijn site, wel die misschien weinigen die bereid zijn om de
bijbel als leidraad te nemen bij het zoeken naar de waarheid. Behalve de negatieve reacties heb ik bovendien al heel
wat positieve reacties gehad van enthousiaste lezers die even wilden laten blijken dat ze veel hadden gehad aan mijn
studies.
Tot slot zal ik de laatste zijn die het waagt om mensen die leven met de Geest van God af te kraken. Echter, van de
personen die ik op mijn site met name heb genoemd heb ik absoluut niet de overtuiging dat zij de volle waarheid toegewijd
zijn, waarbij ik me niet baseer op wat vluchtige berichtjes maar op een gedegen studie van het doen en laten van deze
lieden. Zou ik ook maar de geringste twijfel gehad hebben, dan zou ik daar geen letter aan vuil hebben gemaakt. Het
is bij dit alles ook nog wel even het vermelden waard dat altijd in de eerste plaats de onderwijzing van de Heilige
Geest onze eerste hulp moet zijn maar er zijn ook genoeg situaties waarin we met ons, van God gegeven, gezonde verstand
al een heel eind komen. Dat verstand hebben we tenslotte niet voor niets gekregen. Zolang we gezonde benen hebben hoeven
we er ook niet op te rekenen dat de engelen ons door het leven zullen dragen. En zolang wij zelf met ons gezonde verstand
in staat zijn om datgene te beoordelen wat op onze weg komt moeten we daar ook gebruik van maken. Pas als dat beoordelen
ons vermogen te boven gaat mogen wij de broodnodige wijsheid van de Heilige Geest verwachten. In het besef dat we niet
zijn geroepen om mensen te behagen (1 Thess. 2:4) maar om zonder eigenbelang de waarheid van
het evangelie te dienen. Dat is namelijk de motivatie geweest voor het maken van mijn website.
Mijn antwoord:
Het bijbelgedeelte wat u noemde uit 2 Thess. 2:1-7 heb ik bestudeerd maar ik kan
in het genoemde tekstgedeelte geen grond vinden waarop u uw stelling zou kunnen bouwen. U zegt in uw reactie dat de
Heer u niet vraagt om door de grote verdrukking te gaan maar in Matth. 10:38 zegt Jezus: “en wie zijn kruis niet opneemt en achter Mij gaat, is Mij niet waardig”
en “indien zij Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen”. Dat kruis opnemen betekent niets anders
dan deel krijgen aan het lijden van Christus. Daar is het evangelie duidelijk genoeg over. En delen in het lijden van
Christus is deel krijgen aan de grote verdrukking. Dat hoeft niet persé in de beruchte grote verdrukking te zijn
maar kan ons in allerlei situaties overkomen, dus ook nu al. Ieder mens die de weg van Jezus in gehoorzaamheid wil gaan
zal daar onvermijdelijk mee te maken krijgen. Zie de al genoemde waarschuwing van Jezus aan Zijn discipelen. Het lijden
zal een oprecht kind van God dus niet bespaard blijven. In 1 Petrus 4:12 wordt het zo samengevat:
“Geliefden, laat de vuurgloed, die tot beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwame”.
Daarnaast heeft Jezus echter ook beloofd dat de Trooster ons nooit zal verlaten. In Johannes 14:16
belooft Jezus: “En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij
u te zijn”. De Heilige Geest wordt dus nooit van ons weggenomen. Het is mogelijk dat ik in mijn beschrijving niet
volledig genoeg ben geweest waardoor de indruk gewekt is dat ik iets dergelijks bedoelde maar dat is zeker niet mijn
bedoeling geweest. Het is ondertussen alweer twee jaar geleden dat ik aan dit artikel begon te schrijven. Ik heb er sindsdien zo nu en
dan wat correcties en verbeteringen in aangebracht maar naar aanleiding van uw reactie heb ik het betreffende gedeelte
nog eens kritisch gelezen en ik kwam tot de conclusie dat het duidelijker kon. Ondertussen heb ik de tekst zodanig aangepast
dat het ook voor de gemiddelde lezer beter te volgen is. Hopelijk is het nu dus beter te begrijpen. Het blijft tenslotte
een behoorlijk “heavy” onderwerp.
U schrijft vervolgens dat niemand het beest kan bestrijden maar in Lucas 10:19 zegt Jezus:
“Zie, Ik heb u macht gegeven om op slangen en schorpioenen te treden en tegen de gehele legermacht van de vijand;
en niets zal u enig kwaad doen”. Dat was geen loze belofte. Ook in 1 Johannes 4:4 wordt
ons dit aangezegd: “Gij zijt uit God, kinderkens, en gij hebt hen overwonnen; want Hij, die in u is, is meerder
dan die in de wereld is”. Ik geloof desondanks dat niemand van ons is geroepen om het beest te bestrijden ten
tijde van zijn optreden. Wel erna, tijdens de slag bij Armageddon. Paulus schreef over dit onderwerp in 2 Thess. 2:3: “Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet de afval komen en de
mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs”. Niemand van ons is dus van Godswege geroepen om
de eindtijd, en daarmee het beest, tegen te houden. Jezus zei vlak voor Zijn lijden in Lucas 22:53:
“Terwijl Ik dagelijks bij u was in de tempel, hebt gij geen hand naar Mij uitgestoken. Maar dit is uw ure en de
macht der duisternis”. Dit is uw ure en de macht der duisternis, zei Jezus hier. Zij kunnen ons lichaam doden
maar onze inwendige mens kunnen zij geen schade toebrengen. Dat konden ze bij Jezus op Golgotha ook niet en daarom overwon
hij satan's macht. Daartoe zijn ook de zonen Gods geroepen. Dit vinden we in Openbaring 12:11: “En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van
hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad, tot in de dood”. Let ook op de laatste zin: “en
zij hebben hun leven niet liefgehad, tot in de dood”.
Tot slot hoop ik dat ik met dit betoog het een en ander iets heb kunnen verduidelijken. In het artikel over de zonen
Gods heb ik de tekst gewijzigd, zoals ik al aangehaald heb, onder het kopje: “Misleidende verzinsels”.
Mijn antwoord:
Vanwege de vele uren die er gaan zitten in het beantwoorden van reacties en het maken van een nieuw onderwerp
voor mijn site heeft een antwoord op je verzoek even op zich laten wachten. De contactpagina van mijn website heb ik
vanwege een opgelopen achterstand tijdelijk inactief moeten maken om de toenemende hoeveelheid reacties een poos stop
te zetten. Ik heb de sites bezocht die je hebt genoemd en heb hieronder een aantal passages geplaatst die me opvielen
en er mijn commentaar bij gezet.
Wat betreft je vraag over de geestelijke strijd: een aantal malen kwam ik de uitdrukking “geestelijke strijd”
tegen maar er werd eigenlijk net niet genoeg over uitgewijd waardoor ik voor mezelf geen volledig beeld kon vormen van
wat de geestelijke strijd in de G-12 visie precies inhoudt. Datgene wat ik er wel over las maakte op zich echter wel
een goede indruk.
Het begrip “vruchtdragen” zoals dat op de betreffende sites wordt uitgelegd wekt bij mij persoonlijk voornamelijk
de indruk dat dit nog het beste vertaald kan worden als “het produceren van zoveel mogelijk bekeerlingen”.
Mijn overall indruk is dan ook dat het G-12 systeem een soort “geestelijk productiebedrijf” is met als doelstelling
zoveel mogelijk zieltjes te scoren. Het woord “succes” werd in dit verband zelfs gebruikt. Nou is er op
zich niets mis met het willen bereiken van zoveel mogelijk mensen met het evangelie van Jezus Christus maar wat mij
opvalt bij het bestuderen van het G-12 systeem is dat het daar bij blijft. Nieuwe bekeerlingen worden wel opgeleid tot
discipelen maar ik heb nergens kunnen ontdekken dat dit discipelschap meer inhoudt dan alleen maar het productief zijn
als “zieltjeswinner”. Ik druk me hier en daar een beetje cru uit maar dat doe ik om de indruk die ik van
het geheel heb gekregen zo volledig mogelijk onder woorden te brengen.
Ik heb dus een aantal citaten verzameld (in cursieve tekst) die ik hieronder van mijn commentaar heb voorzien.
“Het G-12 model bevordert de groei van de cellen en de opleiding van nieuwe leiders, en bewaart de eenheid
binnen de gemeente. Het biedt iedereen kansen om zich te realiseren dat er een leider in hen schuilt en zo hun plaats
in te nemen in het priesterschap van alle gelovigen”.
Mijn commentaar:
mijn ervaring met leiders en “would be” leiders is dat het leiderschap maar al te vaak ontaardde in een
koning-volk situatie waarbij het telkens weer opvallend was dat de mens van nature zeer snel geneigd is zichzelf in een
machtspositie te plaatsen. Vanwege die ervaringen ben ik zelf erg huiverig voor dit soort “leiderschap”.
Het wordt uiteraard in het G-12 systeem wel als een onmisbare schakel gepresenteerd maar de jarenlange ervaring heeft
mijzelf geleerd dat het telkens weer een valstrik blijkt te zijn voor mensen die niet zo sterk op hun benen staan maar
desondanks voor zichzelf de één of andere leiderspositie hebben kunnen verwerven. De duivel zit beslist niet
werkeloos toe te kijken en dat is iets waar we telkens weer aan herinnerd worden zolang hij nog de overste van deze
wereld is.
“Het signaal dat de traditionele gemeente aan iedereen afgeeft, is “Kom”. De boodschap van de
cellengemeente luidt: “Ga!”. Het arbeidsmodel van een traditionele gemeente vraagt om een passief antwoord:
“Luister”. De oproep van een cellengemeente is: “Doe”. Dit is een actief arbeidsmodel. De
mensen ontvangen kracht om het werk van Christus te doen”.
Mijn
commentaar: het is nog zeer de vraag of de hier genoemde mening over de traditionele gemeente wel zo juist
is. Iedereen die een deel is van een “traditionele” gemeente en een persoonlijke omgang met Jezus Christus
heeft kan in zijn/haar leefsituatie een getuige van Jezus zijn. Dat is het vanzelfsprekende gevolg van een geloofsgroei
zoals de bijbel ons dit leert en van het gehoorzaam zijn aan het evangelie. Als iemand in een gemeente echt bijbels
onderricht ontvangt en als dit ook wordt toegepast in eigen leven zal dat voor de (nog onbekeerde) omgeving ook
zichtbaar worden, dus ook door zijn/haar levenswandel. Getuige van Jezus zijn doe je zelfs voornamelijk door het wezen
van Jezus Christus in eigen doen en laten zichtbaar te maken.
“De G-12 visie beschouwt iedereen als een potentieel leider en het ontmoetingsweekend is een voorbereiding
op de opleiding in de leidersschool”.
Mijn commentaar: over het
“leider zijn” heb ik hierboven al mijn bedenkingen geuit.
“Iedereen die deelneemt aan de leidersschool, zet een nieuwe celgroep op. De leider van de nieuwe cel
blijft steun, hulp en instructies van de oorspronkelijke cel ontvangen. Zodra ieder lid van de oorspronkelijke cel een
eigen cel heeft opgestart, wordt de oorspronkelijke cel een G-12 groep. De G-12 groep is dus een leiderschapscel. Er
vindt vermenigvuldiging plaats! De 12 leiders groeien tot 144 leiders, die allemaal een eigen cel
hebben”.
Mijn commentaar: een mogelijke praktijksituatie: stel dat
één lid van die oorspronkelijke cel het (nog) niet voor elkaar krijgt om een eigen cel op te starten zodat
daardoor die oorspronkelijke cel (nog) geen G-12 groep kan worden, wordt dat bewuste lid door dit systeem dan niet met
de neus op het feit gedrukt dat hij/zij bij de rest van de cel-leden is achtergebleven in zijn/haar
productiedoelstelling? Ik kan me levendig voorstellen dat zo iemand in een ongezonde krampsituatie terecht kan komen
omdat hij/zij aan de maatstaven van de groep niet kan voldoen. Ik loop ondertussen al lang genoeg op de wereld rond om
me voor te kunnen stellen dat dit soort krampsituaties beslist niet ondenkbaar zijn. Het doet me sterk denken aan het
veel voorkomende verschijnsel dat de groep het gedrag van de afzonderlijke leden dicteert.
“Wat Jezus aangaat, is er slechts één criterium waarop we succes mogen beoordelen. Alles wat Hij
ons heeft opgedragen, kan men samenvatten in Zijn afscheidswoorden aan de discipelen”.
Mijn commentaar: het enige “succes” wat Jezus van ons verwacht is dat wij in
gehoorzaamheid aan Zijn woord ons kruis opnemen, het Lam Gods volgen waar het ook heen gaat en een daardoor voor de
wereld zichtbaar licht en een open brief worden waarin men Jezus terug kan vinden. Op die manier zullen wij in staat
zijn om anderen jaloers te maken zodat ook zij diezelfde weg willen gaan. Wij zijn niet in de eerste plaats geroepen om
zoveel mogelijk zieltjes te winnen. Maar juist dat (liefst zo veel mogelijk) zieltjes winnen is in het G-12 systeem
dé maatstaf voor “succes”. Jezus heeft een paar jaar lang Zijn discipelen laten zien dat heiligmaking
dé maatstaf is voor echt discipelschap. En als dát in ons leven goed zit zijn we ook in staat om aan Zijn
zendingsopdracht te voldoen.
“Daarna is de leider vrij om nog veel meer cellen te starten. Wie in de ICM-gemeente in Bogotá 250
cellen heeft gestart, kan parttime staflid worden. En je kunt er een fulltimer worden als je 500 cellen hebt opgestart,
dat wil dus zeggen een 5000 mensen leidt!”
Mijn commentaar: dit heeft
meer weg van een ordinair beloningssysteem zoals we dat in deze wereld wel meer tegenkomen en dat zeer waarschijnlijk
op den duur het ego van de betrokken personen niet onberoerd zal laten. Merk op dat hier openlijk met getallen wordt
gegooid. Het woord “productiebedrijf” komt toch onwillekeurig opnieuw bij me boven drijven als ik dit
lees.
“De G-12 visie gaat over vermenigvuldiging:
Dit is een van de meest opwindende aspecten van de visie. Jezus' doel met u is dat u vrucht draagt. Hij wil dat u
succes hebt in uw leven. Hij roept u op om “vruchtbaar te zijn en u te vermenigvuldigen””.
Mijn commentaar: de allereerste vorm van vermenigvuldigen in ons leven hoort te zijn
dat wij het beeld van Jezus in ons eigen leven vermenigvuldigen, zodat Jezus in ons gezien kan worden. Pas als we aan
die voorwaarde hebben voldaan zijn we echte discipelen en succesvol in Zijn ogen, zelfs al zouden we 30 jaren van ons
leven in de gevangenis doorbrengen vanwege ons geloof en hadden we in die jaren “slechts” één
bewaker tot Jezus kunnen leiden. Als we na die 30 jaren de gevangenis verlaten en ons geloof, ondanks alles, toch niet
hebben verloochend zijn we in Gods ogen ook een echte discipel, zelfs al hadden we in al die 30 jaren maar
één bekeerling gemaakt!!
In dit verband is het ook nog zinvol om te vermelden dat een systeem als de G-12 beweging wel in die landen kan
functioneren waar de christenen nog kunnen gaan en staan waar ze maar willen maar zou men geconfronteerd worden met
vervolging op dezelfde schaal als dat in andere delen van de wereld het geval is (zie de zojuist beschreven situatie)
dan stort die hele logica in elkaar.
Om dit voorbeeld eens door te trekken naar een mogelijke praktijksituatie: stel dat één of meer leden van een
cel om hun geloof in de gevangenis worden gesmeten (wat in nogal wat landen een dagelijkse praktijk is) dan loopt het
G-12 systeem muurvast. Het is ondenkbaar dat het evangelie van Jezus en de manier van evangelie verkondigen die Hij
heeft ingesteld op dit soort situaties niet voorbereid zou zijn. Daarom heb ik zo mijn bedenkingen over de manier van
bekeerlingen maken zoals dat door het G-12 systeem wordt gepromoot.
Tot slot:
Het zal je, denk ik, wel opgevallen zijn dat ik hier en daar mijn bevindingen behoorlijk gezouten onder woorden heb
gebracht maar die stijl bevalt me toch het beste. Ik ben graag duidelijk als men een duidelijk antwoord van mij verwacht.
Ik hoop in ieder geval dat je met mijn antwoord verder kunt. Er is zoveel te koop op het religieuze terrein dat het
voor veel mensen een onoverzichtelijke warboel is. Uit ondervinding weet ik dat de duivel het gevaarlijkst is als hij
één van zijn vele maskers opzet. Wat de G-12 beweging betreft, een eindoordeel zal ik er niet over geven,
dat laat ik aan jezelf over, maar uit het bovenstaande blijkt toch wel dat ik er niet onverdeeld positief tegenover
kan staan.
P.S. De citaten zijn te vinden op www.g12harvest.org.
Mijn antwoord:
Het artikel waar je op doelt heb ik zelf niet gelezen maar uit de informatie die je er zelf over geeft maak
ik op dat die paragnost (= een occultist) het heeft over een andere Jezus dan die van de bijbel. Ik weet dus niet of
hij zelf over een “nieuwe Jezus” sprak of dat dit je eigen beschrijving is maar omdat ik weet dat wij van
dit soort “profeten” geen goeds hebben te verwachten ga ik er van uit dat hij aan Jezus Christus geen boodschap
heeft. De Jezus waar hij het over heeft is waarschijnlijk een zoveelste surrogaat Christus. Jezus zei in Matthéüs
24:23-25: “Indien dan iemand tot u zegt: Zie, hier is de Christus, of: Hier, gelooft het niet. Want er
zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen, zodat zij, ware het
mogelijk, ook de uitverkorenen zouden verleiden. Zie, Ik heb het u voorzegd”.
En even verder in Matthéüs 25:13 zegt Jezus: “Waakt dan, want gij weet de dag
noch het uur”. En in Handelingen 1:7 lees ik: “Hij zeide tot hen: Het is niet uw
zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft”.
Het is dan ook niet aannemelijk dat deze occultist wel van deze dingen af zou weten. Daar komt nog bij dat, zo blijkt
uit het voorgaande, niemand van ons is geroepen om zich met de tijden en gelegenheden bezig te houden waarover de Vader
de beschikking aan Zich gehouden heeft. We hebben van Jezus wel de opdracht gekregen om Zijn evangelie bekend te maken
en als we daaraan gehoor geven doen we wat Hij van ons verwacht. Met de tijden en gelegenheden hoeven we ons dus niet
bezig te houden. Wat deze paragnost beweert heeft voor een kind van God dus geen waarde.
Ik hoop dat je met deze informatie wat verder gekomen bent. Een adres waar je eventueel naar toe zou kunnen mailen weet
ik zo niet. Er zijn natuurlijk genoeg websites te vinden van mensen die over dit onderwerp hun mening hebben maar of
die mening altijd met die van de bijbel overeenkomt kan ik niet garanderen. In ieder geval heb ik met het bovenstaande
willen laten zien wat de bijbel er zelf over heeft te zeggen.
Mijn antwoord:
Als ik je vraag lees moet ik onwillekeurig denken aan de T.V.-beelden van een uitgelaten menigte op zo'n
aanbiddingsavond, praiseavond of iets dergelijks. Hoewel dat allemaal op zichzelf niet verkeerd is heb ik nergens in
de bijbel kunnen vinden dat dat dé manier is waarmee we Jezus kunnen groot maken. We kunnen wel in de bijbel lezen
dat Jezus discipelen om Zich heen verzamelde en hun het evangelie van het Koninkrijk Gods uitlegde. Hij liet hen daarbij
weten dat Hij van hen gehoorzaamheid verwachtte. En gehoorzaamheid is datgene wat een echte discipel kenmerkt.
Persoonlijk heb ik nooit veel waarde gehecht aan uitgebreide en rumoerige aanbiddingsdiensten waarin de vele halleluja's
je om de oren knallen. Ik moet bij het zien van deze taferelen al snel weer denken aan Jesaja 29:13 waar ik lees: “En de Here zeide: Omdat dit volk Mij slechts met woorden nadert en met
zijn lippen eert, terwijl het zijn hart verre van Mij houdt, en hun ontzag voor Mij een aangeleerd gebod van mensen
is”. Ik kan uiteraard niet voor iedere christen spreken maar in eigen leven heb ik meerderen van dit soort christenen
meegemaakt die wel fraai konden bidden en prijzen in de samenkomst maar tegelijkertijd een scheuring in de gemeente
konden veroorzaken.
Zelf zoek ik het in de manier die Jezus aangaf in Matthéüs 6:6: “Maar gij,
wanneer gij bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader in het verborgene; en uw Vader, die in het
verborgene ziet, zal het u vergelden”. Dan heb ik het alleen nog maar over het bidden maar discipelschap is meer
dan bidden alleen. Jezus zei in Matthéüs 7:21: “Niet een ieder, die tot Mij
zegt: Here, Here, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is”.
En de wil van de Vader doen is het gehoorzaam zijn aan het evangelie van Zijn Zoon Jezus Christus. Als we daar gehoor
aan geven is op ons van toepassing wat Jezus zei in Johannes 14:21: “Wie mijn geboden
heeft en ze bewaart, die is het, die Mij liefheeft; en wie Mij liefheeft, zal geliefd worden door mijn Vader en Ik zal
hem liefhebben en Mijzelf aan hem openbaren”.
Kijk, en op die manier zijn wij nou echt bezig om Jezus groot te maken. Het gaat tenslotte niet om de mooie woorden
alleen maar om de praktijk van alle dag waarin wij telkens weer gehoor geven aan wat Jezus van ons verlangt. Dat is
lang niet altijd gemakkelijk want dan komt het aan op volhouden, zoals staat in Hebreeën 10:36:
“Want gij hebt volharding nodig, om, de wil van God doende, te verkrijgen hetgeen beloofd is”. En datgene
wat beloofd is, dat is de volmaaktheid waar Jezus het over heeft in Matthéüs 5:48: “Gij dan zult volmaakt zijn, gelijk uw hemelse Vader volmaakt is”.
En als dat werkelijkheid is geworden kan de wereld ook aan ons zien wie Jezus is omdat het in ons eigen leven, in onze
handel en wandel, zichtbaar is geworden.
Daar schreef Paulus over in 2 Thessalonicenzen 1:10: “......wanneer Hij komt, om op die
dag verheerlijkt te worden in zijn heiligen en met verbazing aanschouwd te worden in allen, die tot geloof gekomen zijn;
want ons getuigenis heeft geloof gevonden bij u”.
Als deze wereld dankzij ons kan zien wie Jezus is hebben wij Jezus werkelijk groot gemaakt. Dat is dus heel wat anders
dan alleen maar wat halleluja's rond te lopen strooien tijdens een aanbiddingsdienst. Ik beweer niet dat dit verkeerd
is maar het komt uiteindelijk toch aan op de praktijk in ons leven en daar gaat heel wat meer tijd, toewijding, gehoorzaamheid
en geduld in zitten.
Je ziet dat ik de bijbel zelf zoveel mogelijk aan het woord heb gelaten. Het is uiteindelijk niet mijn evangelie maar
dat van Jezus Christus, dus vandaar. Ik hoop tot slot dat ik je vraag hiermee duidelijk genoeg heb kunnen beantwoorden.
Mijn antwoord:
Bedankt voor je reactie op mijn site. Tijdens het lezen van je verhaal kwam ik een paar zinnen tegen die
erg herkenbaar voor me waren. Ik begreep zodoende dat je al lange tijd min of meer je eigen weg bent gegaan zonder je
te storen aan wat de gemiddelde kerkganger allemaal voor zoete koek slikt. Ik ben zelf opgegroeid in een Volle evangelie
gemeente maar ook daar kwam ik dingen tegen die ik niet kon rijmen met wat ik in de bijbel las. Het is me verscheidene
keren overkomen dat ik er op werd aangevallen als ik daar mijn mening over liet blijken. Voor mij was in ieder geval
het belangrijkste in het leven dat ik een echte relatie had met Jezus Christus en daarom betrok ik Hem ook altijd bij
alles wat ik op mijn levensweg tegenkwam.
Ik moest daarentegen nogal eens vaststellen dat de “broeders en zusters” in de gemeente daar een andere
mening over hadden met als gevolg dat er scheuringen en wrijvingen konden ontstaan omdat men maar al te vaak zijn/haar
aanzien in het gedrang zag komen. En als je dan weer eens over die lange tenen heen moet stappen wordt het je daarbij
telkens weer duidelijk dat niet Jezus maar die mensen zelf weer eens op de troon zitten. En dat soort mensen kunnen
slecht tegen gezichtsverlies.
Het is er uiteindelijk van gekomen dat ik mijn, in al die jaren verkregen, inzichten en conclusies op het Internet heb
geplaatst. Zodoende kan ik toch een veel groter publiek bereiken en ik heb daarmee voor mezelf de voldoening mogen vinden
dat ik langs deze weg een bijdrage mag leveren aan de uitbreiding van het Koninkrijk Gods. Het schrijven van een nieuw
onderwerp en de studie die er aan vooraf gaat vragen veel tijd en energie maar als het weer is afgerond ben ik weer
blij dat het anderen tot nut kan zijn. Zoals dus is gebleken uit je verhaal.
Eén uitspraak die ik in je reactie tegen kwam heb ik er even uit gehaald, je schreef namelijk: “Ik heb altijd
vertrouwd op mijn here Jezus”. Daarin herken ik veel van mijzelf en ik begrijp er dan ook uit dat je, net als
ik, meer rekening hebt willen houden met Jezus' woorden dan met de dogma's van een uitgeblust Christendom.
Over niet al te lange tijd hoop ik weer tijd te kunnen gaan besteden aan het schrijven van een nieuwe pagina voor de
website. Dan zullen andere bezigheden weer een poos moeten wachten, het is dus maar net wat je het belangrijkst vindt
in het leven. Maar omdat ik bewust heb gekozen voor het op deze manier doorgeven van mijn inzichten is het niet echt
een te grote opgave. Dus, tot slot nog weer bedankt voor je reactie en de vriendelijke groeten.
Mijn antwoord:
Waarschijnlijk bedoel je het artikel “De werkelijke reden van Jezus' kruisdood”. Dat
is alles bij elkaar een hele lap tekst en daarin wordt inderdaad het onderwerp aangehaald waar je over schrijft. En wel
onder het kopje: “De behoudenis”.
Een opmerking van mijn kant:
Er werd door de schrijver van mij geen antwoord verwacht en daarom heb ik op het bovenstaande dan ook niet gereageerd.
Een felle reactie zoals deze geeft mij desondanks wel de sterke overtuiging dat de schrijver behoorlijk nijdig was en
in zo'n gemoedstoestand wil het gezonde verstand nog wel eens in de verdrukking komen. Waardoor er niet meer objectief
wordt gelezen maar daarentegen de ontstane agressie zoveel stof doet opwaaien dat de boodschap van het geschrevene aan
het zicht wordt onttrokken. Er wordt mij hier verweten dat ik arrogant en betweterig bezig ben maar de levenservaring
heeft mij echter geleerd dat waar men op een dergelijke manier als hierboven in de aanval gaat, er kennelijk weer eens
diverse heilige huisjes van de slopershamer
gered moeten worden om zodoende het eigen gelijk, dat maar al te vaak botst met het evangelie van Jezus Christus, van
de ondergang te kunnen redden. Bovendien voel ik mij op geen enkele wijze verwant aan de “christenen” die
de hierboven opgesomde misdaden op hun geweten hebben. Dat heb ik in het genoemde onderwerp: “De afgewezen Messias”
duidelijk genoeg laten blijken.
Ook de aanklacht dat de Joden volgens mij geen heil meer van God te verwachten zouden hebben is een losse flodder. Het
evangelie laat maar al te duidelijk zien dat Joden zowel als heidenen beiden tot discipelen van Jezus mogen worden.
Als Jezus dus zegt: “Gaat dan heen, onderwijst al de volken in Mijn Naam” heeft Hij daarmee de Joden
beslist niet buitengesloten maar zijn ze door Jezus gelijkgesteld met alle andere volken.
Kijk, en dát probeer ik nou in het genoemde artikel aan de man te brengen.